Details
Name
Glas-in-loodramen OBA Oosterdok
Number of images: 24
IntroductionVanuit het depot naar een prominente plaats in de bibliotheek - het verhaal van een ontdekking. Met dank aan een bibliothecaris die, net al wij, houdt van de Amsterdamse School.
Object typeGlas in lood
Creator Ad Grimmon (Kunstenaar)
Production date1919
MaterialGlas in lood
ClientGemeente Amsterdam
Current ownerGemeente Amsterdam
BackgroundEen pientere uil keek sinds mensenheugenis neer op de bezoekers die de brede trap van de Openbare Bibliotheek aan de Amsterdamse Keizersgracht 444 bestegen. In dat statige pand werd in 1919 de OBA geboren. Op de vogel prijkte het wapen van Amsterdam. De uil verhuisde begin jaren negentig mee naar de nieuwe behuizing van de bibliotheek aan de Prinsengracht. Achteraf herinneren weinig bezoekers zich de ramen. Ze waren vanzelfsprekend geworden. De uil was zo goed als vergeten.
In 2007 sloot het gebouw aan de Prinsengracht. De uil - inmiddels kwetsbaar geworden in zijn lood dat al rond de negentig jaar oud was - verhuisde mee naar de Oosterdokskade. En verdween daar in de kelder. Bibliothecaris Frank Verbeek raakte weer vele jaren later gefascineerd door de ramen en ging op onderzoek uit. Ondertussen besloot de directie van de bibliotheek de ramen te laten restaureren en werd gezocht naar een plaats in het gebouw waar de ramen weer voor iedereen te zien zouden zijn.
De ramen zijn niet gesigneerd. Frank Verbeek zag echter verwantschap met de Amsterdamse School en via Twitter legde hij contact met Gert-Jan Lobbes, die vrijwel dagelijks foto's van gebouwen en objecten plaatst. Gert-Jan herinnerde zich een afbeelding te hebben gezien van een stel suitedeuren uit 1916, in een woonhuis aan de De Lairessestraat bevindt. Deze staan afgebeeld in de boeken 'Amsterdamse Interieurs' en 'Wonen in een monumentaal huis' waarin zij ook worden geanalyseerd. Het interieur in dit pand is gesigneerd door Ad Grimmon (1883-1953). Zo bracht Gert-Jan Lobbes Frank Verbeek op het spoor van Ad Grimmon en hij verwees naar Cilly Jansen, de achternicht van Grimmon. Zij had een paar jaar eerder een fascinatie ontwikkeld voor haar bijna vergeten oom en een website aan hem gewijd.
Maar was het werk wel van Grimmon? In het voorjaar 2021, laverend tussen de coronabeperkingen door, kwamen Cilly Jansen en kunsthistoricus Frans van Burkom kijken naar het glas-in-lood object. Op dat moment lag het nog op restauratie te wachten in het magazijn van de OBA. Gelukkig kon Frans snel bevestigen dat Grimmon de schepper was. Die deuren in de De Lairessestraat, met een paar in het oog springende stilistische overeenkomsten, vormden de sleutel tot identificatie. De stijl: populistisch-expressionistisch. Het kunstwerk moet in de periode kort na de Eerste Wereldoorlog zijn gemaakt, aldus Van Burkom. In die jaren was Grimmon als architect-intérieur in dienst bij de afdeling Publieke Werken van de gemeente Amsterdam.
Kort na de identificatie van het werk startte de restauratie. Gert-Jan Lobbes nam verscheidene foto's, die een hit waren op Twitter. Speciaal voor de ramen werd een houten frame gemaakt - naar voorbeeld van het kozijn waar de ramen ooit in gezeten hebben en geschikt om de ramen van achteren te belichten. Na restauratie werd het geheel in augustus 2021 geplaatst op de vijfde verdieping van de OBA, waar de ramen dagelijks kunnen worden bewonderd. Een deel van de geschiedenis van de ramen (wanneer precies gemaakt, waar bevonden zij zich precies, zijn ze eigenlijk wel voor de bibliotheek gemaakt?) moet nog worden ontrafeld. Maar de pientere uil kijkt weer neer op de bezoekers van de Openbare Bibliotheek.
In 2007 sloot het gebouw aan de Prinsengracht. De uil - inmiddels kwetsbaar geworden in zijn lood dat al rond de negentig jaar oud was - verhuisde mee naar de Oosterdokskade. En verdween daar in de kelder. Bibliothecaris Frank Verbeek raakte weer vele jaren later gefascineerd door de ramen en ging op onderzoek uit. Ondertussen besloot de directie van de bibliotheek de ramen te laten restaureren en werd gezocht naar een plaats in het gebouw waar de ramen weer voor iedereen te zien zouden zijn.
De ramen zijn niet gesigneerd. Frank Verbeek zag echter verwantschap met de Amsterdamse School en via Twitter legde hij contact met Gert-Jan Lobbes, die vrijwel dagelijks foto's van gebouwen en objecten plaatst. Gert-Jan herinnerde zich een afbeelding te hebben gezien van een stel suitedeuren uit 1916, in een woonhuis aan de De Lairessestraat bevindt. Deze staan afgebeeld in de boeken 'Amsterdamse Interieurs' en 'Wonen in een monumentaal huis' waarin zij ook worden geanalyseerd. Het interieur in dit pand is gesigneerd door Ad Grimmon (1883-1953). Zo bracht Gert-Jan Lobbes Frank Verbeek op het spoor van Ad Grimmon en hij verwees naar Cilly Jansen, de achternicht van Grimmon. Zij had een paar jaar eerder een fascinatie ontwikkeld voor haar bijna vergeten oom en een website aan hem gewijd.
Maar was het werk wel van Grimmon? In het voorjaar 2021, laverend tussen de coronabeperkingen door, kwamen Cilly Jansen en kunsthistoricus Frans van Burkom kijken naar het glas-in-lood object. Op dat moment lag het nog op restauratie te wachten in het magazijn van de OBA. Gelukkig kon Frans snel bevestigen dat Grimmon de schepper was. Die deuren in de De Lairessestraat, met een paar in het oog springende stilistische overeenkomsten, vormden de sleutel tot identificatie. De stijl: populistisch-expressionistisch. Het kunstwerk moet in de periode kort na de Eerste Wereldoorlog zijn gemaakt, aldus Van Burkom. In die jaren was Grimmon als architect-intérieur in dienst bij de afdeling Publieke Werken van de gemeente Amsterdam.
Kort na de identificatie van het werk startte de restauratie. Gert-Jan Lobbes nam verscheidene foto's, die een hit waren op Twitter. Speciaal voor de ramen werd een houten frame gemaakt - naar voorbeeld van het kozijn waar de ramen ooit in gezeten hebben en geschikt om de ramen van achteren te belichten. Na restauratie werd het geheel in augustus 2021 geplaatst op de vijfde verdieping van de OBA, waar de ramen dagelijks kunnen worden bewonderd. Een deel van de geschiedenis van de ramen (wanneer precies gemaakt, waar bevonden zij zich precies, zijn ze eigenlijk wel voor de bibliotheek gemaakt?) moet nog worden ontrafeld. Maar de pientere uil kijkt weer neer op de bezoekers van de Openbare Bibliotheek.
DescriptionHet geheel meet ongeveer 2,5 x 5 meter en bestaat uit vijf ramen in een kozijn. Op het langwerpige middelste raam boven is een uil afgebeeld, met het wapen van Amsterdam op zijn borst. De uil zit middenin een gestileerde tuin, geflankeerd door twee weelderige structuren die recht omhoog lijken te groeien uit gloeiende bollen van (zonne) energie. Het middelste deel onder bestaat uit twee ramen met verbeeldingen van gestileerde planten en bloemen. Het is niet ondenkbaar dat deze twee ramen ooit open konden. Mogelijk bevond het raam zich aan een lichthof.
Sources
Barbara Laan en Alexander Westra 'Amsterdamse interieurs. Huizenportretten 1875-1945' Uitgeverij SUN, 2009.
Barbara Laan ea 'Wonen in een monumentaal huis' Uitgeverij SUN, 2012.
Related objects