Details
Naam
ACOB blok, Amsterdam
Aantal afbeeldingen: 21
IntroductieHet hier beschreven bouwblok is onderdeel van één complex, ontworpen door Jop van Epen, dat zeven bouwblokken omvat. Hiervan waren drie bouwblokken voor de Algemene Woningbouwvereniging, drie bouwblokken voor de Bouwverening Rochdale, en één bouwblok dat oorspronkelijk aan Rochdale was toegewezen maar later, als gevolg van financieringsperikelen, aan de ACOB is overgedragen.
AdresCornelis Krusemanstraat 27 - 43, Hendrik Jacobszstraat 27 - 33, Pieter Lastmankade 31-39
Postcode(s)1075ND, 1075NE, 1075 PE, 1075KK, 1075KL
PlaatsAmsterdam
LandNederland
Vervaardiger J. C. van Epen (Architect)
Datum1921 - 1922
Huidige staatDeels of volledig gerenoveerd
Huidige eigenaarEigen Haard
Oorspronkelijke functieEtagewoningen / appartementen
Huidige functieEtagewoningen / appartementen
Type objectRijksmonument, Blok
Monumentnummer504908 (blok) en 504905 (complex)
AchtergrondDit blok maakt deel uit van een tussen 1921 en 1926 gerealiseerd woningbouwcomplex, waarvan de ontwerpen tussen 1916 en 1920 zijn gemaakt. Het bestaat uit zes bouwblokken met het Bertelmanplein als centrum, naar een ontwerp van J.C. van Epen. De RCE spreekt van ontwerpen in verstrakte Amsterdamse Schoolstijl, Stissi betitelt ze als “Rationalistische woningwetarchitectuur”. De drie westelijk gelegen bouwblokken werden gebouwd in opdracht van de Algemene Woningbouw Vereniging AWV; de drie oostelijk gelegen bouwblokken in opdracht van de Coöperatieve Bouwvereniging 'Rochdale' U.A. Een in de jaren 1918-1922 ontworpen en gebouwd U-vormig bouwblok met middenstandswoningen ten oosten hiervan, werd gebouwd in opdracht van de Amsterdamsche Coöperatieve Onderwijzers Bouwvereniging U.A. ACOB. Goed beschouwd hoort het ACOB-gebouw niet bij de rest aangezien de stijl en indeling afwijken. Desondanks vat de RCE de zeven blokken samen als complex 504905 en volgen we op deze site voor het gemak de door de RCE gemaakte indeling in de volgende blokken: 1. ACOB blok; 2. ZW Rochdale blok; 3. NO Rochdale blok; 4. NW Rochdale blok; 5. Oostelijke AWV blok; 6. NW AWV blok; 7. Zuidelijk AWV blok.
De zeven blokken zijn rijksmonument "vanwege de architectuurhistorische en typologische waarde, alsmede van belang vanwege de stedenbouwkundige waarde als gevarieerde inventieve invulling van een belangrijk gesitueerd door lastig verkaveld bouwterrein in de NW-hoek van het plan Zuid II van H.P. Berlage, met gebruik van gesloten bouwblokken, intieme pleinen en - deels - gemeenschappelijke binnentuinen. Bovendien van wezenlijk belang in het oeuvre van J.C. van Epen als eerste grootschalig woningbouwproject."
De zeven blokken zijn rijksmonument "vanwege de architectuurhistorische en typologische waarde, alsmede van belang vanwege de stedenbouwkundige waarde als gevarieerde inventieve invulling van een belangrijk gesitueerd door lastig verkaveld bouwterrein in de NW-hoek van het plan Zuid II van H.P. Berlage, met gebruik van gesloten bouwblokken, intieme pleinen en - deels - gemeenschappelijke binnentuinen. Bovendien van wezenlijk belang in het oeuvre van J.C. van Epen als eerste grootschalig woningbouwproject."
BeschrijvingHet gebouw met 88 etagewoningen heeft een U-vormige plattegrond en telt vier woonlagen en een zolderverdieping onder een plat dak. Langs de Cornelis Krusemanstraat en de Pieter Lastmankade ligt de voorgevel voor een deel een paar meter terug. Hier is het trottoir breder en zijn voortuinen aangelegd. Hier en aan de Hendrik Jacobszstraat zien we gemetselde erkers met steunberen. Waar de gevel niet terug ligt, is deze vrij vlak. Aan alle zijden is de voorgevel versierd met metselwerk in twee tinten rode steen en gedecoreerde hijsbalken. In de zones tussen de erkerramen bevinden zich drie rijen verticaal, op hun kant gemetselde stenen en langs de uiterste bovenkant een subtiele rand van geglazuurde stenen. De gemeenschappelijke entrees hebben houten paneeldeuren met een getralied venster. Daarboven zien we lange puntvormige vensterstroken van één ruitbreedte, voor daglicht in de trappenhuizen. Op de zolderverdieping zijn de vensters kleiner dan op de woonverdiepingen. Een deel van die zoldervensters is zeshoekig. Op twee plaatsen boven trappenhuizen, te weten aan de kade en aan de Cornelis Krusemanstraat, rijzen typische Van Epentorentjes voorzien van een plat dak, uit boven de rest van het gebouw. Een poort aan de Hendrik Jacobszstraat leidt naar de gemeenschappelijke binnentuin. De poort is een ronde boog die is afgesloten met een smeedijzeren hek.
Hoewel dit blok door de RCE wordt gerekend tot het Rochdale/AWV complex, valt een aantal verschillen op. De toevoeging van de twee torentjes is al een groot verschil. Andere verschillen worden door Stissi belicht. De Rochdale/AWV complexen betreffen arbeiderswoningen. Het ACOB blok betreft middenstandswoningen. De gevels van de zolderverdieping zijn hier vrijwel massief en ononderbroken, waar zij bij Rochdale/AWV worden beheerst door de ramen van de slaapkamers van de bovenste woningen en de pannendaken van sommige trappartijen. Stissi schrijft: "Erkers spelen een een veel minder prominente rol in de gevel, mede omdat de grotere woningen behalve de woonkamer ook nog een salon aan de voorkant hebben, die blijkbaar geen erker verdiende. Bovendien is de oppervlakte van de ramen niet meegegroeid met de grootte van de woningen waardoor de baksteenwand veel overheersender wordt. Afgezien van de schaarser geworden erkers vormen uitstekende schoorstenen en de smalle verticale raampartijen die de trappenhuizen markeren de enige accenten in de rustige, vlakke straatwanden. Met de ramen garanderen ze een minimum van ordening in het continuüm van de blokgevel." (Stissi, blz 121-122).
Hoewel dit blok door de RCE wordt gerekend tot het Rochdale/AWV complex, valt een aantal verschillen op. De toevoeging van de twee torentjes is al een groot verschil. Andere verschillen worden door Stissi belicht. De Rochdale/AWV complexen betreffen arbeiderswoningen. Het ACOB blok betreft middenstandswoningen. De gevels van de zolderverdieping zijn hier vrijwel massief en ononderbroken, waar zij bij Rochdale/AWV worden beheerst door de ramen van de slaapkamers van de bovenste woningen en de pannendaken van sommige trappartijen. Stissi schrijft: "Erkers spelen een een veel minder prominente rol in de gevel, mede omdat de grotere woningen behalve de woonkamer ook nog een salon aan de voorkant hebben, die blijkbaar geen erker verdiende. Bovendien is de oppervlakte van de ramen niet meegegroeid met de grootte van de woningen waardoor de baksteenwand veel overheersender wordt. Afgezien van de schaarser geworden erkers vormen uitstekende schoorstenen en de smalle verticale raampartijen die de trappenhuizen markeren de enige accenten in de rustige, vlakke straatwanden. Met de ramen garanderen ze een minimum van ordening in het continuüm van de blokgevel." (Stissi, blz 121-122).
InterieurDe middenstandswoningen zijn vaak groter dan de arbeiderswoningen van het Rochdale/AWV-compex. Sommige woningen hebben behalve de woonkamer met erker ook nog een salon aan de voorkant, zonder erker.
Bronnen
Uittreksel uit de Objecten Data Bank, Rijksdienst voor de Monumentenzorg, 24 augustus 2004.
Ingezonden door Gert-Jan Lobbes
Professionele of persoonlijke bandDe tekst voor deze bijdrage is gedeeltelijk gemaakt door Eigen Haard en in 2018 bijgewerkt door mij. Vooral vanwege de torentjes en de vele details zoals de bovenrand van geglazuurde stenen, vind ik dit één van de mooiste Van Epen-ontwerpen.
Gerelateerde objecten