Details
Name
Amstelveenseweg-Stadionweg, Amsterdam
Number of images: 42
IntroductionEric Kurpershoek van Rochdale beschrijft de totstandkoming van het blok tussen de Amstelveenseweg en de Stadionweg in 1923, en laat zien hoezeer politieke en sociale omstandigheden een grote rol speelden bij de totstandkoming van sociale woningbouwblokken. Ontevredenheid over selectie- en beoordelingsprocedures van de woningbouwverenigingen, stakingen van bouwarbeiders, wantrouwen, bezuinigingen.
AddressAmstelveenseweg 215-255, Olympiakade 52-60, Turnerstraat 2-10, Sportstraat 22-74, Olympiaweg 122-126, Stadionweg 322-334
PlaceAmsterdam
CountryNederland
Creator Arnold Ingwersen (Architect)
Tjeerd Kuipers (Architect)
Ernst Roest (Architect)
Tjeerd Kuipers (Architect)
Ernst Roest (Architect)
Production date1919 - 1923
Current conditionGerealiseerd
ClientPatrimonium (Amsterdam)
Current ownerRochdale
Original usageEtagewoningen / appartementen
Object typeGemeentelijk monument, Blok
Monument number222005
BackgroundDit bouwblok maakt deel uit van het ontwerp voor de Stadionbuurt. Voor de uitvoering benoemde de gemeente naar een idee van Keppler eerst een supervisor, Gratama. Gratama mocht vervolgens verschillende architecten aanwijzen, waaruit de woningcorporaties dan konden kiezen. Deze opzet leidde tot groot ongenoegen van de woningcorporaties, die hierin een inbreuk op hun zelfstandigheid zagen. Overigens zat het vertrouwde architectenkoppel van Patrimonium, Kuipers en Ingwersen gewoon bij de door Gratama geselecteerde architecten, dit keer aangevuld met Ernst Roest. Uiteindelijk is het plan van Keppler en Gratama nooit uitgevoerd, op dit bouwblok van Patrimonium na.
Het ontwerp stamt uit 1919, maar het blok kon door financiële en logistieke moeilijkheden pas vier jaar later worden voltooid, in 1923. Omdat bij de aanbesteding geen enkele aannemer met een aanvaardbare inschrijving kwam, besloot Patrimonium het complex in eigen beheer te bouwen. Daarbij ging de stichting in zee met arbeiders die eerder waren uitgesloten door aannemers na stakingen en zich hadden georganiseerd in de Federatie van zelfstandige werkende Groepen in het Bouwbedrijf (FzwG). De keuze voor de FzgW was voor een Protestants-Christelijke stichting een ongehoord besluit. Eén commissaris van Patrimonium sprak er schande van: deze arbeiders behoorden tot de meest consequente vijanden van christelijke werkliedenverbond, waaruit Patrimonium was voortgekomen.
Om de bouwkosten te drukken werd besloten het bouwmateriaal te betrekken via het Centraal Bureau Bouwmaterialenvoorziening (CBV), dat door het rijk, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de stad Amsterdam was opgericht in antwoord op de speculatieve bouwprijzen. De keuze voor het FzwG en het CBV bleek een ongelukkige combinatie: het arbeidsethos was gering en de geleverde materialen voldeden niet aan de gestelde voorwaarden, waardoor de kosten toch sterk opliepen. Op van alles werd bezuinigd: van de puntdaken die door platte daken werden vervangen tot aan de handdoekenrekjes toe. De architect Ingwersen meende tijdens één van besprekingen dat het bestuur bezig was een stuk werk te vermoorden. Uiteindelijk gingen de architecten akkoord op het ontwerp 108.000 gulden te bezuinigen. Naar dit uitgeklede ontwerp werd het gebouw opgeleverd.
Het ontwerp stamt uit 1919, maar het blok kon door financiële en logistieke moeilijkheden pas vier jaar later worden voltooid, in 1923. Omdat bij de aanbesteding geen enkele aannemer met een aanvaardbare inschrijving kwam, besloot Patrimonium het complex in eigen beheer te bouwen. Daarbij ging de stichting in zee met arbeiders die eerder waren uitgesloten door aannemers na stakingen en zich hadden georganiseerd in de Federatie van zelfstandige werkende Groepen in het Bouwbedrijf (FzwG). De keuze voor de FzgW was voor een Protestants-Christelijke stichting een ongehoord besluit. Eén commissaris van Patrimonium sprak er schande van: deze arbeiders behoorden tot de meest consequente vijanden van christelijke werkliedenverbond, waaruit Patrimonium was voortgekomen.
Om de bouwkosten te drukken werd besloten het bouwmateriaal te betrekken via het Centraal Bureau Bouwmaterialenvoorziening (CBV), dat door het rijk, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de stad Amsterdam was opgericht in antwoord op de speculatieve bouwprijzen. De keuze voor het FzwG en het CBV bleek een ongelukkige combinatie: het arbeidsethos was gering en de geleverde materialen voldeden niet aan de gestelde voorwaarden, waardoor de kosten toch sterk opliepen. Op van alles werd bezuinigd: van de puntdaken die door platte daken werden vervangen tot aan de handdoekenrekjes toe. De architect Ingwersen meende tijdens één van besprekingen dat het bestuur bezig was een stuk werk te vermoorden. Uiteindelijk gingen de architecten akkoord op het ontwerp 108.000 gulden te bezuinigen. Naar dit uitgeklede ontwerp werd het gebouw opgeleverd.
DescriptionEen opvallend sober ontwerp voor een gebouw op een geweldige locatie: aan de noordkant ligt het blok aan het Noorder Amstelkanaal, aan de oostkant grenst het aan de brede Amstelveenseweg en aan de noordkant kijkt het uit op het Stadionplein met het Olympisch stadion. Het complex heeft een zakelijke uitstraling. Aan de Amstelveenseweg zijn in baksteen kleine versieringen aangebracht bij de gemetselde muurtjes van de geveltuinen. Naast en boven de portieken is siermetselwerk aangebracht - hetzelfde siermetselwerk is terug te vinden bij het gelijktijdig gebouwde complex van Patrimonium aan de Lutmastraat.
Bijzonder zijn de in beton en hout uitgevoerde loggia's; een uitgestrekt balkon op de derde verdieping van de gevels aan de Amstelveenseweg en de Olympiakade. Op de hoek van de Amstelveenseweg en de Olympiakade is een aardig portiek te vinden met siermetselwerk. Op de vloer van het portiek vormen zwart-witte tegels een interessant geometrisch patroon.
Bijzonder zijn de in beton en hout uitgevoerde loggia's; een uitgestrekt balkon op de derde verdieping van de gevels aan de Amstelveenseweg en de Olympiakade. Op de hoek van de Amstelveenseweg en de Olympiakade is een aardig portiek te vinden met siermetselwerk. Op de vloer van het portiek vormen zwart-witte tegels een interessant geometrisch patroon.
Sources
Wouter P. Beekers en Rolf E. van der Woude Niet bij Steen Alleen. Patrimonium Amsterdam: van sociale vereniging tot sociale onderneming 1876-2003 (Hilversum 2008).
Vladimir Stissi, Amsterdam, het Mekka van de Volkshuisvesting: sociale woningbouw 1909-1942 (Rotterdam 2007).
Submitted by Eric Kurpershoek
Related objects