Details
Naam
Twee blokken Tweede van der Helststraat e.o., Amsterdam
Aantal afbeeldingen: 33
IntroductieTwee wat 'logge' blokken van Gulden & Geldmaker, die voor de oplettende kijker een aantal verrassende en zelfs wonderschone elementen hebben.
AdresLutmastraat 42-48 (even), Mesdagstraat 2-64 (even), Pastelstraat 1-8 (doorlopend), Tweede van der Helststraat 45-103 (oneven), Jozef Israëlskade 50-53 (doorlopend)
PlaatsAmsterdam
LandNederland
Vervaardiger Zeeger Gulden (Architect)
Melle Geldmaker (Architect)
Melle Geldmaker (Architect)
Datum1921 - 1923
Huidige staatDeels of volledig gerenoveerd
OpdrachtgeverRochdale
Amsterdam Zuid
Amsterdam Zuid
Huidige eigenaarDe Alliantie
Oorspronkelijke functieEtagewoningen / winkels
Huidige functieGemengde bestemming: woningen en winkels/bedrijfsruimtes
Type objectBlok
AchtergrondDeze twee gesloten blokken werden door architectenbureau Gulden en Geldmaker ontworpen voor woningbouwverenigingen Amsterdam-Zuid en Rochdale. De blokken - die een stilistische eenheid vormen maar op punten wel van elkaar verschillen - hadden samen 270 (020apps) dan wel 305 woningen (Bonas) en vier winkels.
In 1951 ontwierp Gulden in opdracht van de twee woningbouwverenigingen een plan voor acht zolderwoningen en 31 vlieringwoningen, een jaar later gevolgd door een opdracht tot ontwerp van een rijwielstalling in het zuidelijke blok.
In 1951 ontwierp Gulden in opdracht van de twee woningbouwverenigingen een plan voor acht zolderwoningen en 31 vlieringwoningen, een jaar later gevolgd door een opdracht tot ontwerp van een rijwielstalling in het zuidelijke blok.
BeschrijvingDe blokken - die eruit zien alsof ze onlangs opgeknapt zijn - ogen redelijk massief, waarbij wel degelijk geprobeerd is de ‘logheid’ te verlichten door op de hoeken van de Lutmastraat en de Pastelstraat (waar zich winkels bevinden), gemetselde balkons de gevels te laten onderbreken. Ook is opvallend dat qua ornamentiek de meeste aandacht is besteed aan de doorgaande weg (de Tweede Van der Helsstraat), terwijl de gevels aan de Mesdagstraat (die tevens een bouwlaag lager zijn) een stuk soberder in uitvoering zijn.
De blokken hebben verschillende kleuren baksteen, waarbij de donkere plint verticaal gemetseld is. Op de hoeken van de winkelpanden aan de Pastelstraat verspringen de verticale rijen bakstenen. De hoeken van de erkers onder de topgevels zijn in zaagtand gemetseld, net als de stilistisch afwijkende hoek Jozef Israëlskade/Mesdagstraat. Die hoek heeft door de vlakke hoge gevel een massieve uitstraling. Op de hoeken zijn hier op de begane grond de verticale, donkere stenen in korte, ronde halfzuilen gemetseld; de strakke gevel heeft op elke verdieping een rij van vier kleine venstertjes.
Hijsbalken en -ankers treffen we in diverse varianten aan, onder andere een gebogen model hijsanker (ook wel hijshaak of verhuishaak genoemd) die we op diverse andere panden in de stad aantreffen. Sommige exemplaren op deze blokken hebben een soort rugvinnen als ornament, waardoor ze wel iets dierlijks hebben.
De meeste Amsterdamse School-invloeden – en daarmee de sierlijkste elementen van de blokken – vinden we op de begane grond. Bij enkele portieken en deurpartijen is de donkere steen van de plint in een hoge punt gemetseld. In de gevel hierboven zitten puntige trappenhuisraampjes.
Bijzondere aandacht verdienen de plastisch vormgegeven houten deuren met kijkvenster en ijzeren sierelementen. Wie goed kijkt ziet in de deur sierlijke brievenbussleuven; deze zijn nu allemaal dicht gemaakt. Naast de deuren bevinden zich vaak ingemetselde brievenbussleuven, maar ook deze zijn allemaal dicht gemaakt.
De twee blokken vertonen grote stilistische overeenkomsten, maar verschillen op enkele punten wel van elkaar. Zo treffen we in het noordelijke blok houten schotten tussen de ramen aan, en hebben sommige ingangen van het zuidelijke blok vooruitspringende gemetselde trappetjes.
Vermeldenswaard is dat drie blokken ten oosten van het Henriëtte Ronnerplein die weliswaar lager zijn en soberder qua uitvoering, maar grote stilistische overeenkomsten met deze twee blokken vertonen. Ook deze zijn van de hand van bureau Gulden en Geldmaker, ontworpen in 1923.
De blokken hebben verschillende kleuren baksteen, waarbij de donkere plint verticaal gemetseld is. Op de hoeken van de winkelpanden aan de Pastelstraat verspringen de verticale rijen bakstenen. De hoeken van de erkers onder de topgevels zijn in zaagtand gemetseld, net als de stilistisch afwijkende hoek Jozef Israëlskade/Mesdagstraat. Die hoek heeft door de vlakke hoge gevel een massieve uitstraling. Op de hoeken zijn hier op de begane grond de verticale, donkere stenen in korte, ronde halfzuilen gemetseld; de strakke gevel heeft op elke verdieping een rij van vier kleine venstertjes.
Hijsbalken en -ankers treffen we in diverse varianten aan, onder andere een gebogen model hijsanker (ook wel hijshaak of verhuishaak genoemd) die we op diverse andere panden in de stad aantreffen. Sommige exemplaren op deze blokken hebben een soort rugvinnen als ornament, waardoor ze wel iets dierlijks hebben.
De meeste Amsterdamse School-invloeden – en daarmee de sierlijkste elementen van de blokken – vinden we op de begane grond. Bij enkele portieken en deurpartijen is de donkere steen van de plint in een hoge punt gemetseld. In de gevel hierboven zitten puntige trappenhuisraampjes.
Bijzondere aandacht verdienen de plastisch vormgegeven houten deuren met kijkvenster en ijzeren sierelementen. Wie goed kijkt ziet in de deur sierlijke brievenbussleuven; deze zijn nu allemaal dicht gemaakt. Naast de deuren bevinden zich vaak ingemetselde brievenbussleuven, maar ook deze zijn allemaal dicht gemaakt.
De twee blokken vertonen grote stilistische overeenkomsten, maar verschillen op enkele punten wel van elkaar. Zo treffen we in het noordelijke blok houten schotten tussen de ramen aan, en hebben sommige ingangen van het zuidelijke blok vooruitspringende gemetselde trappetjes.
Vermeldenswaard is dat drie blokken ten oosten van het Henriëtte Ronnerplein die weliswaar lager zijn en soberder qua uitvoering, maar grote stilistische overeenkomsten met deze twee blokken vertonen. Ook deze zijn van de hand van bureau Gulden en Geldmaker, ontworpen in 1923.
Bronnen
Michiel Kruidenier, Z.D.J.W. Gulden (1875-1960). M. Geldmaker (1874-1930). Specialisten in volkshuisvesting (Rotterdam 2003).
Links
Ingezonden door Marcel Westhoff
Professionele of persoonlijke bandLet op de details en zie hier twee bijzonder fraaie blokken. Mooi onderhouden ook.
Gerelateerde objecten