Details
Naam
Hoofdweg even zijde, blok 11
Aantal afbeeldingen: 13
IntroductieGeen hoogvlieger maar zeker de moeite waard in het ensemble van blokken aan de Hoofdweg.
AdresDavisstraat-Hoofdweg-Willem Schoutenstraat 198I
Postcode(s)1057 DD
PlaatsAmsterdam
LandNederland
Vervaardiger Piet Kramer (Architect)
Melle Geldmaker (Architect)
Zeeger Gulden (Architect)
Melle Geldmaker (Architect)
Zeeger Gulden (Architect)
Datum1923 - 1924
Huidige staatDeels of volledig gerenoveerd
OpdrachtgeverHeere van der Schaar
Huidige eigenaarMeerdere particuliere eigenaren
Oorspronkelijke functieEtagewoningen / winkels
Huidige functieGemengde bestemming: woningen en winkels/bedrijfsruimtes
Type objectGemeentelijk monument, Blok
AchtergrondHet gaat hier om blok 11 van Plan West. Het blok strekt zich uit van de hoek Davisstraat via de Hoofdweg (even zijde) naar de Willem Schoutenstraat.
Kramer heeft meegewerkt aan de eerste etappe van Plan West. Zijn vijf in grootte verschillende blokken bevatten gedeeltelijk woningen voor Van der Schaar, gedeeltelijk woningen voor een vereniging van kleinere bouwondernemers. De plannen van Kramer ontstonden tussen december 1923 en december 1924. De eerste bouwfase was gereed in 1924. Kramer ontwierp alleen de straatwanden. Het architectenbureau Gulden en Geldmaker werd belast met de aanpassingen van de plattegronden aan de gebouwvormen en met de achtergevels.
Kramers blokken lagen aan de belangrijke kruising Postjesweg/Hoofdweg. De Postjesweg verbond deze wijk via de bestaande westelijke stadsuitbreidingen (Kinkerstraat) met het centrum van Amsterdam. De Hoofdweg was de voornaamste ontsluitingsstraat in de noord-zuidverbinding. De blokken verheffen zich op alle vier de hoekpunten van de kruising Postjesweg/Hoofdweg en strekken zich uit in alle vier de richtingen, waarbij de blokken aan beide zijden van de Hoofdweg een zeer grote lengte hebben. De onderste twee bouwlagen van de hoeken waren bestemd voor winkels.
Bij het zoeken naar een kunstzinnige oplossing stond Kramer slechts de dunne huid van de bakstenen gevel ter beschikking. Zijn mogelijkheden beperkten zich tot ritmische en plastische accenten en tot de kleurstelling. Hij legde de nadruk op de blokstructuur, de aaneenrijging van gelijksoortige woningen, en rangschikte de kozijnen in horizontale banden. De banden werden zijn werkzaamste en tevens eerlijkste architectonische middel. De stralend witte kozijnen en het oranjekleurige metselwerk fleurden de wijk op en gaven deze een frisse aanblik. Het zwaartepunt lag op de hoekpartijen, die Kramer zoveel mogelijk een eigen uitdrukking gaf. Bijzonder aandacht besteedde hij aan de kruising Hoofdweg/Postjesweg, maar ook aan de hoeken van de andere zijstraten en aan de gedeelten waar zijn ontwerp moest aansluiten op dat van zijn collega's.
Kramer heeft meegewerkt aan de eerste etappe van Plan West. Zijn vijf in grootte verschillende blokken bevatten gedeeltelijk woningen voor Van der Schaar, gedeeltelijk woningen voor een vereniging van kleinere bouwondernemers. De plannen van Kramer ontstonden tussen december 1923 en december 1924. De eerste bouwfase was gereed in 1924. Kramer ontwierp alleen de straatwanden. Het architectenbureau Gulden en Geldmaker werd belast met de aanpassingen van de plattegronden aan de gebouwvormen en met de achtergevels.
Kramers blokken lagen aan de belangrijke kruising Postjesweg/Hoofdweg. De Postjesweg verbond deze wijk via de bestaande westelijke stadsuitbreidingen (Kinkerstraat) met het centrum van Amsterdam. De Hoofdweg was de voornaamste ontsluitingsstraat in de noord-zuidverbinding. De blokken verheffen zich op alle vier de hoekpunten van de kruising Postjesweg/Hoofdweg en strekken zich uit in alle vier de richtingen, waarbij de blokken aan beide zijden van de Hoofdweg een zeer grote lengte hebben. De onderste twee bouwlagen van de hoeken waren bestemd voor winkels.
Bij het zoeken naar een kunstzinnige oplossing stond Kramer slechts de dunne huid van de bakstenen gevel ter beschikking. Zijn mogelijkheden beperkten zich tot ritmische en plastische accenten en tot de kleurstelling. Hij legde de nadruk op de blokstructuur, de aaneenrijging van gelijksoortige woningen, en rangschikte de kozijnen in horizontale banden. De banden werden zijn werkzaamste en tevens eerlijkste architectonische middel. De stralend witte kozijnen en het oranjekleurige metselwerk fleurden de wijk op en gaven deze een frisse aanblik. Het zwaartepunt lag op de hoekpartijen, die Kramer zoveel mogelijk een eigen uitdrukking gaf. Bijzonder aandacht besteedde hij aan de kruising Hoofdweg/Postjesweg, maar ook aan de hoeken van de andere zijstraten en aan de gedeelten waar zijn ontwerp moest aansluiten op dat van zijn collega's.
BeschrijvingBlok 11 moet het hebben van de hoekpartijen aan de beide dwarsstraten. Verder zijn het vooral de banden van de kozijnen die voor een mooi effect in deze over het algemeen wat brave gevel zorgen.
InterieurKramer ontwierp alleen de gevel.
Bronnen
Kohlenbach, Bernard - Pieter Lodewijk Kramer, Architect van de Amsterdamse School 1881-1961. Naarden , 1994.
Ingezonden door Gert-Jan Lobbes
Gerelateerde objecten