Details
Naam
Mollerlyceum, Bergen op Zoom - exterieur
Aantal afbeeldingen: 22
Introductie"Een gebouw van artistieke eenvoud en eenvoudige artisticiteit. Een harmonie van kleuren en lijnenspel, zonder enige overdaad van luxe, maar wel met de indruk van luxe en kostbaarheid door goede smaak en kunstzinnigheid." Dagblad De Zoom, 1928
AdresBolwerk-Zuid 168
Postcode(s)4611 DX
PlaatsBergen op Zoom
LandNederland
Vervaardiger Jos Wielders (Architect)
Q.J. Horsten (Architect)
Q.J. Horsten (Architect)
Datum1926 - 1928
Huidige staatDeels uitgebreid of vernieuwd (nieuwbouw)
OpdrachtgeverVereeniging Ons Middelbaar Handelsonderwijs
Oorspronkelijke functieMiddelbare School
Huidige functieMiddelbare School
Type objectRijksmonument, Gebouw
Monumentnummer517067 (Mollerlyceum); 517068 (Conciërgewoning)
AchtergrondHet Mollerlyceum werd in 1926 gebouwd naar ontwerp van de architecten J. Wielders en Q. J. Horsten. Wat hun rolverdeling was, is niet helemaal duidelijk. Onbekend is hoe de in Sittard werkzame Wielders betrokken raakte. Vermoedelijk werd Horsten ingeschakeld omdat hij al decennia in Bergen op Zoom werkzaam was.
Het initiatief voor de bouw ging uit van de R.K. Vereeniging Ons Handelsonderwijs. Deze vereniging had behoefte aan een nieuw onderkomen voor de in 1916 gestichte R.K. HBS en Handelsschool. Links van het schoolgebouw werd tegelijkertijd een congiërgewoning gebouwd naar ontwerp van dezelfde architecten. De inwijding van de school vond plaats op zaterdag 19 mei 1928.
De school is (na de Tweede Wereldoorlog) genoemd naar Hendrik Moller (1869-1940), pionier van het katholieke middelbaar onderwijs in Noord-Brabant. Hij was onder meer voorzitter van de bovengenoemde Vereniging Ons Middelbaar Handelsonderwijs en voerde uiteraard het voorzitterschap over de bijeenkomst ter inwijding van de school.
Het initiatief voor de bouw ging uit van de R.K. Vereeniging Ons Handelsonderwijs. Deze vereniging had behoefte aan een nieuw onderkomen voor de in 1916 gestichte R.K. HBS en Handelsschool. Links van het schoolgebouw werd tegelijkertijd een congiërgewoning gebouwd naar ontwerp van dezelfde architecten. De inwijding van de school vond plaats op zaterdag 19 mei 1928.
De school is (na de Tweede Wereldoorlog) genoemd naar Hendrik Moller (1869-1940), pionier van het katholieke middelbaar onderwijs in Noord-Brabant. Hij was onder meer voorzitter van de bovengenoemde Vereniging Ons Middelbaar Handelsonderwijs en voerde uiteraard het voorzitterschap over de bijeenkomst ter inwijding van de school.
BeschrijvingHet pand markeert de hoek van Bolwerk Zuid met Bagijnhofstraat en Legrandstraat. De school werd gebouwd op een geaccidenteerd terrein, hetgeen inwendig zichtbaar is aan niveauverschillen die overbrugd worden door trapjes. Het schoolterrein wordt aan de zijde van het Bolwerk en van de Legrandstraat afgesloten door een uit de bouw tijd daterende lage bakstenen muur waarin expressionistisch smeedijzerwerk is opgenomen.
Het één- tot drielaags pand heeft een L-vormige plattegrond met een levendige afwisseling van bouwvolumes. De gevels zijn opgetrokken uit machinale baksteen, het merendeel der ramen heeft een houten sieromlijsting. De daken zijn plat, afgezet met rode windveerpannen. De hoogste bouwmassa aan de Bolwerk-zijde heeft zeer steile dakschilden met rode verbeterde Hollandse dakpannen. Dit hoofdgebouw is tweezijdig symmetrisch uitgevoerd. Het middendeel met entree springt vooruit. Bij het hoofdgebouw valt de nadruk op de brede middenpartij, waarin de geverniste vleugeldeuren met gedecoreerde schopplaten zijn geplaatst. De deuren zijn voorzien van glas-in-lood-ruitjes, hiernaast zijramen met kleine roedenverdeling. Boven dit geheel een latei met in metalen belettering de naam: Dr. Moller Lyceum. Een hoge rechthoekige massa rijst hier smaller uit op, het rijzende karakter wordt nog extra benadrukt door een verticaal trapraam. Aan weerskanten van de entree bevindt zich een beganegrondverdieping met kleine zesruits roedenraampjes.
De verdieping erboven bezit bandvensters met kleine roedenverdeling en houten omlijsting, doorlopend naar de risaliet. De hoeken van het muurwerk zijn afgerond en deels hoger opgetrokken, afgezet met windveerpannen. Op de tweede etage, feitelijke de ruimte onder het dak, bevinden zich aan weerskanten in het dakvlak twee smallere reeksen vensters met achtruits verdeling. De zijgevels van dit hoge deel tonen, dat de dakschilden aan de achterzijde lager doorlopen. In het midden van de zolderetage bevinden zich drie gebonden negenruits vensters; daaronder links bij de afgeronde hoek, een laddervensters.
De linker zijgevel is door een eenlaagse gang onder plat dak verbonden aan de voormalige conciërgewoning. De bouwmassa wordt rechts afgesloten door een eenlaags rechthoekig bouwdeel, de bibliotheek, met hoog ingezette bandvensters met houten omlijsting, die de hoek omgaan. Hierop volgt een tweelaags bouwdeel van zes vensterassen. Na een hoge plint met siermetselwerk volgen reeksen met vierentwintigruits ramen, op de etage erboven liggende drieruitsraampjes. In de hierna volgende eenlaagse bouwmassa bevinden zich twee ramen met kleine roedenindeling en de westelijke ingang, die oorspronkelijk gedecoreerd was als de hoofdentree.
Conciërgewoning:
Het een tot tweelaagse onderkelderde gebouw heeft een rechthoekige plattegrond en is verbonden aan het lyceum. De gevels zijn opgetrokken uit machinale baksteen, het asymmetrische zadeldak heeft rode verbeterde Hollandse dakpannen. De ingang van het pand bevindt zich aan de zijde van de Legrandstraat. Het dak loopt hier door tot vlak boven het zesruits stolpraam links en het portiek ter rechterzijde. De paneeldeur is voorzien van een zijraam, hoog in de muur is er een klein toiletraam. Het portiek wordt aan de rechterzijde afgeschermd door een laag bakstenen muurtje en een houten paal onder de goot. In het dakvlak is een brede dakkapel onder plat dak aangebracht, met gekoppelde zesruits ramen. De houten lijstgoot loopt deels door in de zijgevel aan de Bolwerkzijde, een klein hoog geplaatst raam en een zestienruits venster omvattend. Hoog in de topgevel is een vierruits zolderraam geplaatst. Het rechter gedeelte van deze gevel is tweelaags met plat dak en springt iets naar voren. Onder de brede houten lijstgoot bevindt zich een zestienruits raam. De zijde van dit bouwdeel is blind, hier achter bevindt zich een vereenvoudigd venster. Het woonhuis is aan de smalle tweelaagse uitbouw verbonden door een hoge eenlaagse gang onder plat dak. De voormalige woonkamer aan de zijde van de achtergevel wordt ontsloten door openslaande deuren.
Het één- tot drielaags pand heeft een L-vormige plattegrond met een levendige afwisseling van bouwvolumes. De gevels zijn opgetrokken uit machinale baksteen, het merendeel der ramen heeft een houten sieromlijsting. De daken zijn plat, afgezet met rode windveerpannen. De hoogste bouwmassa aan de Bolwerk-zijde heeft zeer steile dakschilden met rode verbeterde Hollandse dakpannen. Dit hoofdgebouw is tweezijdig symmetrisch uitgevoerd. Het middendeel met entree springt vooruit. Bij het hoofdgebouw valt de nadruk op de brede middenpartij, waarin de geverniste vleugeldeuren met gedecoreerde schopplaten zijn geplaatst. De deuren zijn voorzien van glas-in-lood-ruitjes, hiernaast zijramen met kleine roedenverdeling. Boven dit geheel een latei met in metalen belettering de naam: Dr. Moller Lyceum. Een hoge rechthoekige massa rijst hier smaller uit op, het rijzende karakter wordt nog extra benadrukt door een verticaal trapraam. Aan weerskanten van de entree bevindt zich een beganegrondverdieping met kleine zesruits roedenraampjes.
De verdieping erboven bezit bandvensters met kleine roedenverdeling en houten omlijsting, doorlopend naar de risaliet. De hoeken van het muurwerk zijn afgerond en deels hoger opgetrokken, afgezet met windveerpannen. Op de tweede etage, feitelijke de ruimte onder het dak, bevinden zich aan weerskanten in het dakvlak twee smallere reeksen vensters met achtruits verdeling. De zijgevels van dit hoge deel tonen, dat de dakschilden aan de achterzijde lager doorlopen. In het midden van de zolderetage bevinden zich drie gebonden negenruits vensters; daaronder links bij de afgeronde hoek, een laddervensters.
De linker zijgevel is door een eenlaagse gang onder plat dak verbonden aan de voormalige conciërgewoning. De bouwmassa wordt rechts afgesloten door een eenlaags rechthoekig bouwdeel, de bibliotheek, met hoog ingezette bandvensters met houten omlijsting, die de hoek omgaan. Hierop volgt een tweelaags bouwdeel van zes vensterassen. Na een hoge plint met siermetselwerk volgen reeksen met vierentwintigruits ramen, op de etage erboven liggende drieruitsraampjes. In de hierna volgende eenlaagse bouwmassa bevinden zich twee ramen met kleine roedenindeling en de westelijke ingang, die oorspronkelijk gedecoreerd was als de hoofdentree.
Conciërgewoning:
Het een tot tweelaagse onderkelderde gebouw heeft een rechthoekige plattegrond en is verbonden aan het lyceum. De gevels zijn opgetrokken uit machinale baksteen, het asymmetrische zadeldak heeft rode verbeterde Hollandse dakpannen. De ingang van het pand bevindt zich aan de zijde van de Legrandstraat. Het dak loopt hier door tot vlak boven het zesruits stolpraam links en het portiek ter rechterzijde. De paneeldeur is voorzien van een zijraam, hoog in de muur is er een klein toiletraam. Het portiek wordt aan de rechterzijde afgeschermd door een laag bakstenen muurtje en een houten paal onder de goot. In het dakvlak is een brede dakkapel onder plat dak aangebracht, met gekoppelde zesruits ramen. De houten lijstgoot loopt deels door in de zijgevel aan de Bolwerkzijde, een klein hoog geplaatst raam en een zestienruits venster omvattend. Hoog in de topgevel is een vierruits zolderraam geplaatst. Het rechter gedeelte van deze gevel is tweelaags met plat dak en springt iets naar voren. Onder de brede houten lijstgoot bevindt zich een zestienruits raam. De zijde van dit bouwdeel is blind, hier achter bevindt zich een vereenvoudigd venster. Het woonhuis is aan de smalle tweelaagse uitbouw verbonden door een hoge eenlaagse gang onder plat dak. De voormalige woonkamer aan de zijde van de achtergevel wordt ontsloten door openslaande deuren.
InterieurAan het interieur is op Wendingen een aparte bijdrage gewijd.
Recente ontwikkelingenRond 1980 werd de school aan de achterzijde met nieuwe lokalen en een nieuwe ingang uitgebreid. De conciërgewoning is rond die tijd intern verbouwd en voor administratieve doeleinden in gebruik genomen.
Ingezonden door Sjaak Kools
Professionele of persoonlijke bandBeschreven door Sjaak Kools in 2014. Bijgewerkt en uitgebreid door Gert-Jan Lobbes in 2024.
Gerelateerde objecten