Details
Naam
Watertoren Hoogkarspel
Aantal afbeeldingen: 7
IntroductieImposante kolos in het vlakke West-Friesland.
AdresStreekweg 235
Postcode(s)1616 AE
PlaatsHoogkarspel
LandNederland
Vervaardiger B.F. van Nievelt (Architect)
W. Mensert (Architect)
W. Mensert (Architect)
Datum1930 - 1931
Huidige staatGerealiseerd
OpdrachtgeverProvinciaal Waterleidingbedrijf Noord Holland
Huidige eigenaarProvinciaal Waterleidingbedrijf Noord-Holland (PWN)
Oorspronkelijke functieWatertoren
Huidige functieBuiten gebruik
Type objectRijksmonument, Gebouw
Monumentnummer495633
AchtergrondDeze watertoren werd in 1930-31 gebouwd in opdracht van het Provinciaal Waterleidingbedrijf van Noord-Holland, naar ontwerp van ir. B.F. van Nievelt en ir. W. Mensert. De architecten hadden in 1928 een sterk gelijkende toren in het naburige Wieringerwaard gebouwd. Met zijn 49,10 meter bleef de toren in Hoogkarspel net onder de eerdere toren - met 51,3 meter de hoogste watertoren van Noord-Holland.
Toen de watertoren net in gebruik was genomen, in september 1931, kreeg hij hoog bezoek van Z.K.H. Prins Hendrik, die per auto een ritje naar Hoogkarspel maakte (bron: De standaard, 28 september 1931). In maart van dat jaar was er minder vrolijk nieuws: een 18-jarige bouwvakker uit Grootebroek viel van de steiger van de in aanbouw zijnde toren en overleefde het niet (bron: Algemeen Handelsblad 21 maart 1931).
De gaaf bewaard gebleven watertoren is aangewezen als rijksmonument vanwege de kwaliteit van het ontwerp en de typologische waarde, alsmede vanwege de betekenis als element uit de geschiedenis van de drinkwatervoorziening in Nederland. Tevens van grote situationele waarde wegens het beeldbepalende silhouet.
Toen de watertoren net in gebruik was genomen, in september 1931, kreeg hij hoog bezoek van Z.K.H. Prins Hendrik, die per auto een ritje naar Hoogkarspel maakte (bron: De standaard, 28 september 1931). In maart van dat jaar was er minder vrolijk nieuws: een 18-jarige bouwvakker uit Grootebroek viel van de steiger van de in aanbouw zijnde toren en overleefde het niet (bron: Algemeen Handelsblad 21 maart 1931).
De gaaf bewaard gebleven watertoren is aangewezen als rijksmonument vanwege de kwaliteit van het ontwerp en de typologische waarde, alsmede vanwege de betekenis als element uit de geschiedenis van de drinkwatervoorziening in Nederland. Tevens van grote situationele waarde wegens het beeldbepalende silhouet.
BeschrijvingDe architectuur van de watertoren, waarbij een zo groot mogelijke optische eenheid tussen torenschacht en reservoirgedeelte is nagestreefd, vertoont verwantschap met de Amsterdamse School. De toren is twaalfhoekig en uitgevoerd in rode baksteen rond een skelet en een waterreservoir in gewapend beton. Het bouwvolume wordt afgedekt door een zich sterk verjongende twaalfhoekige houten kap, die wordt bekroond met een gelijkvormige lantaarn en is bedekt met lei in Maasdekking.
Het skelet bestaat uit 24 kolommen die in een binnen- en een buitenring van ieder 12 kolommen zijn geplaatst. Het waterreservoir heeft een ronde doorsnede met vlakke bodem en bevat feitelijk twee reservoirs, een binnen- en een buitenreservoir, respectievelijk met een inhoud van 600 en 400 kubieke meter. De gezamenlijke nuttige inhoud bedraagt 920 kubieke meter.
De schacht van de watertoren wordt verticaal geleed door de twaalf buitenste kolommen van het skelet. De schacht heeft een horizontale geleding in drie delen: het onderste gedeelte waarvan het muurwerk tegen en tussen de kolommen zich in hetzelfde vlak bevindt; het middengedeelte, waarvan het muurwerk tussen de kolommen sterk is teruggemetseld; het bovengedeelte (reservoirgedeelte) waarvan het muurwerk tussen de kolommen licht is teruggemetseld. De plint van het onderste gedeelte en de overgangen tussen de drie delen en tussen het bovenste deel en de kap worden gevormd door zwaar horizontaal lijstwerk in graniet. Ditzelfde materiaal is gebruikt in de basementen van de kolommen.
De toren staat op een aangeaarde sokkel met ter hoogte van de ingangspartij een brede trap in rode baksteen. De ingangspartij bevat een dubbele houten deur. In elk van de twaalf muurvlakken bevinden zich paarsgewijs geplaatste, smalle rechthoekige vensters met metalen roeden. Het middengedeelte heeft in zes van de twaalf muurvlakken verticale lichtspleten met blank glas-in-lood. Elk van de twaalf muurvlakken heeft onder het overkragende lijstwerk van het bovenste gedeelte een borstwering die in het midden wordt gesteund door een console. Achter de borstweringen bevinden zich stalen deuren met een kleine ruit. Het bovenste gedeelte heeft in elk van de twaalf muurvlakken een verticale lichtspleet met blank glas in lood. De lantaarn heeft een omgaande horizontale vensterstrook met twaalf vierkante houten ramen.
Het skelet bestaat uit 24 kolommen die in een binnen- en een buitenring van ieder 12 kolommen zijn geplaatst. Het waterreservoir heeft een ronde doorsnede met vlakke bodem en bevat feitelijk twee reservoirs, een binnen- en een buitenreservoir, respectievelijk met een inhoud van 600 en 400 kubieke meter. De gezamenlijke nuttige inhoud bedraagt 920 kubieke meter.
De schacht van de watertoren wordt verticaal geleed door de twaalf buitenste kolommen van het skelet. De schacht heeft een horizontale geleding in drie delen: het onderste gedeelte waarvan het muurwerk tegen en tussen de kolommen zich in hetzelfde vlak bevindt; het middengedeelte, waarvan het muurwerk tussen de kolommen sterk is teruggemetseld; het bovengedeelte (reservoirgedeelte) waarvan het muurwerk tussen de kolommen licht is teruggemetseld. De plint van het onderste gedeelte en de overgangen tussen de drie delen en tussen het bovenste deel en de kap worden gevormd door zwaar horizontaal lijstwerk in graniet. Ditzelfde materiaal is gebruikt in de basementen van de kolommen.
De toren staat op een aangeaarde sokkel met ter hoogte van de ingangspartij een brede trap in rode baksteen. De ingangspartij bevat een dubbele houten deur. In elk van de twaalf muurvlakken bevinden zich paarsgewijs geplaatste, smalle rechthoekige vensters met metalen roeden. Het middengedeelte heeft in zes van de twaalf muurvlakken verticale lichtspleten met blank glas-in-lood. Elk van de twaalf muurvlakken heeft onder het overkragende lijstwerk van het bovenste gedeelte een borstwering die in het midden wordt gesteund door een console. Achter de borstweringen bevinden zich stalen deuren met een kleine ruit. Het bovenste gedeelte heeft in elk van de twaalf muurvlakken een verticale lichtspleet met blank glas in lood. De lantaarn heeft een omgaande horizontale vensterstrook met twaalf vierkante houten ramen.
InterieurHet interieur is grotendeels gaaf en bevat onder meer een granito-vloer op de parterre en een gietijzeren spiltrap in het hart van het reservoir.
Recente ontwikkelingenDe Hoogkarspelse watertoren is niet meer operationeel. In oktober 2021 was onduidelijk of er een nieuwe bestemming voor gezocht gaat worden.
Gerelateerde objecten