Details
Naam
Hoofdstraat 113, Nieuwolda
Aantal afbeeldingen: 49
IntroductieEindelijk op Wendingen, deze fraaie creatie van Evert Rozema!
AdresHoofdstraat 113
Postcode(s)9944 AD
PlaatsNieuwolda
LandNederland
Vervaardiger Evert Rozema (Architect)
Datum1930
Huidige staatDeels of volledig gerestaureerd
Opdrachtgever K.J. Jeltsema
Huidige eigenaarParticuliere eigenaar
Oorspronkelijke functieWoonhuis (vrijstaand)
Huidige functieWoonhuis (vrijstaand)
Type objectRijksmonument, Gebouw
Monumentnummer522108
AchtergrondDeze rentenierswoning werd in 1930 gebouwd door architect Evert Rozema uit Appingedam, in opdracht van K.J. Jeltsema uit Nieuwolda. Het huis werd gebouwd op de plaats van een andere woning waarvan de schuur bleef staan en geïntegreerd werd in het nieuwe ontwerp. De ontwerptekeningen dateren van april 1930 en de goedkeuring voor de bouw werd gegeven op 8 mei 1930.
Het schilderwerk was in handen van de heer Bulder uit Nieuwolda-Oost en de gebruikte stenen waren afkomstig uit de steenfabriek te Scheemda.
De woning is aangewezen als rijksmonument:
- als voorbeeld van een rentenierswoning met hek uit 1930;
- vanwege het opvallende materiaalgebruik en de detaillering;
- vanwege een aantal fraaie interieuronderdelen;
- vanwege de redelijke mate van gaafheid van het exterieur;
- vanwege de markante ligging aan de doorgaande weg door Nieuwolda.
Het schilderwerk was in handen van de heer Bulder uit Nieuwolda-Oost en de gebruikte stenen waren afkomstig uit de steenfabriek te Scheemda.
De woning is aangewezen als rijksmonument:
- als voorbeeld van een rentenierswoning met hek uit 1930;
- vanwege het opvallende materiaalgebruik en de detaillering;
- vanwege een aantal fraaie interieuronderdelen;
- vanwege de redelijke mate van gaafheid van het exterieur;
- vanwege de markante ligging aan de doorgaande weg door Nieuwolda.
BeschrijvingHet huis is markant gelegen aan de doorgaande weg door Nieuwolda. Een hek bestaande uit pijlers van gesinterde baksteen en grindbeton, waartussen ijzeren stangen, en een dubbel en een enkel beweegbaar hek met ijzeren regels, scheidt de ondiepe voortuin van de openbare weg.
De woning is opgetrokken in een bruin-rood gesinterde baksteen. Het zadeldak, gedekt met een zwarte verglaasde verbeterde Hollandse pan, heeft een rechthoekige overstekende goot en op de nok een gemetselde schoorsteen met gebogen beëindiging. De topgevel aan de voorzijde (op het zuiden) heeft vlechtwerk en een hoefijzervormige metseldecoratie in geel-bruine baksteen, met in de top een decoratieve ijzeren, naaldvormige, bekroning. De vensters van het woonhuis hebben houten rolluiken.
In de voorgevel bevindt zich op de begane grond een groot venster met driedelig bovenlicht van gekleurd glas-in-lood en twee vensters met tweedelig bovenlicht met gekleurd glas-in-lood, waarvan één in een afgesnoten hoek. Boven deze vensters loopt de goot door met halfronde betonnen beëindiging.
Op de verdieping van de voorgevel bevindt zich een driezijdige erker met drie ramen (oorspronkelijk met gekleurd glas-in-lood), onder en boven afgedekt met een grindbetonnen plaat. Eronder zit decoratief metselwerk in gele baksteen. Op de beide hoeken van de voorgevel is een bloembak opgebouwd uit gesinterde baksteen en grindbeton.
In de westgevel is sprake van een staand venster met bovenlicht van gekleurd glas-in-lood en een (vernieuwd) keukenvenster (oorspronkelijk openslaand) met eronder een dubbel keldervenster met diefijzers onder rollaag en koekoek met ijzeren rooster.
In het midden van de westgevel zit een uitspringend geveldeel onder een aangekapt plat dak, waarin zich de hoofdentree bevindt. De entree bestaat uit een iets terugliggende gelakte deur met smal deurlicht en decoratief lijstwerk onder een grindbetonnen luifel, met hierop een betonnen ornament. Voor de entree bevindt zich een gemetselde stoep met natuurstenen treden en bordes, met een zijmuurtje van gesinterde metselwerk en grindbeton. Bij de entree is een gevelsteen aangebracht waarop staat "K.J.J. en E.B. 1930". De initialen verwijzen naar K.J. Jeltsema en zijn vrouw E. Broekema, die in november 1919 waren getrouwd.
Boven de entree bevindt zich een langwerpig staand gekleurd glas-in-lood venster. Op de hoek met de westzijde is sprake van uitspringende gemetselde gevelbanden onder een brede betonlatei en twee grindbetondecoraties. Aan de westzijde van het geveldeel zijn drie langwerpige staande vensters met gekleurd glas-in-lood aangebracht, gescheiden door smalle muurdammen met grindbetondecoraties. Aan de noordzijde van het geveldeel een liggend venster onder een betonlatei en een langwerpig staand venster, beide met gekleurd glas-in-lood. Bovenin het uitspringende geveldeel en vlak onder de dakrand, aan alle drie zijden, zitten ontluchtingspijpjes van keramiek.
In de achtergevel (aan de noordzijde) zit een (vernieuwd) keukenvenster, dat oorspronkelijk openslaand was. In de topgevel zit een drie vierruitsvensters, samengevat onder een betonlatei met in de top een smal staand tweeruits venster met betonlatei. Aan de achtergevel zit een uitgebouwd gemetseld portaal onder een plat dak, met aan de westzijde een (vernieuwde) deur met gemetselde stoep met zijmuurtje, met aan de noordzijde een rondboogvenster met glas-in-lood.
In de oostgevel bevinden zich twee staande vensters met bovenlicht van gekleurd glas-in-lood en een doorgetrokken geveldeel in geel-bruine baksteen met plat dakje. Hier zit op de begane grond een dubbel venster met gekleurde glas-in-lood bovenlichten met hierboven drie smalle staande vensters van gekleurd glas-in-lood onder een betonlatei, gescheiden door muurdammen met betondecoraties.
Aan de westzijde van de achtergevel bevindt zich de oudere aangebouwde schuur met muurankers.
De woning is opgetrokken in een bruin-rood gesinterde baksteen. Het zadeldak, gedekt met een zwarte verglaasde verbeterde Hollandse pan, heeft een rechthoekige overstekende goot en op de nok een gemetselde schoorsteen met gebogen beëindiging. De topgevel aan de voorzijde (op het zuiden) heeft vlechtwerk en een hoefijzervormige metseldecoratie in geel-bruine baksteen, met in de top een decoratieve ijzeren, naaldvormige, bekroning. De vensters van het woonhuis hebben houten rolluiken.
In de voorgevel bevindt zich op de begane grond een groot venster met driedelig bovenlicht van gekleurd glas-in-lood en twee vensters met tweedelig bovenlicht met gekleurd glas-in-lood, waarvan één in een afgesnoten hoek. Boven deze vensters loopt de goot door met halfronde betonnen beëindiging.
Op de verdieping van de voorgevel bevindt zich een driezijdige erker met drie ramen (oorspronkelijk met gekleurd glas-in-lood), onder en boven afgedekt met een grindbetonnen plaat. Eronder zit decoratief metselwerk in gele baksteen. Op de beide hoeken van de voorgevel is een bloembak opgebouwd uit gesinterde baksteen en grindbeton.
In de westgevel is sprake van een staand venster met bovenlicht van gekleurd glas-in-lood en een (vernieuwd) keukenvenster (oorspronkelijk openslaand) met eronder een dubbel keldervenster met diefijzers onder rollaag en koekoek met ijzeren rooster.
In het midden van de westgevel zit een uitspringend geveldeel onder een aangekapt plat dak, waarin zich de hoofdentree bevindt. De entree bestaat uit een iets terugliggende gelakte deur met smal deurlicht en decoratief lijstwerk onder een grindbetonnen luifel, met hierop een betonnen ornament. Voor de entree bevindt zich een gemetselde stoep met natuurstenen treden en bordes, met een zijmuurtje van gesinterde metselwerk en grindbeton. Bij de entree is een gevelsteen aangebracht waarop staat "K.J.J. en E.B. 1930". De initialen verwijzen naar K.J. Jeltsema en zijn vrouw E. Broekema, die in november 1919 waren getrouwd.
Boven de entree bevindt zich een langwerpig staand gekleurd glas-in-lood venster. Op de hoek met de westzijde is sprake van uitspringende gemetselde gevelbanden onder een brede betonlatei en twee grindbetondecoraties. Aan de westzijde van het geveldeel zijn drie langwerpige staande vensters met gekleurd glas-in-lood aangebracht, gescheiden door smalle muurdammen met grindbetondecoraties. Aan de noordzijde van het geveldeel een liggend venster onder een betonlatei en een langwerpig staand venster, beide met gekleurd glas-in-lood. Bovenin het uitspringende geveldeel en vlak onder de dakrand, aan alle drie zijden, zitten ontluchtingspijpjes van keramiek.
In de achtergevel (aan de noordzijde) zit een (vernieuwd) keukenvenster, dat oorspronkelijk openslaand was. In de topgevel zit een drie vierruitsvensters, samengevat onder een betonlatei met in de top een smal staand tweeruits venster met betonlatei. Aan de achtergevel zit een uitgebouwd gemetseld portaal onder een plat dak, met aan de westzijde een (vernieuwde) deur met gemetselde stoep met zijmuurtje, met aan de noordzijde een rondboogvenster met glas-in-lood.
In de oostgevel bevinden zich twee staande vensters met bovenlicht van gekleurd glas-in-lood en een doorgetrokken geveldeel in geel-bruine baksteen met plat dakje. Hier zit op de begane grond een dubbel venster met gekleurde glas-in-lood bovenlichten met hierboven drie smalle staande vensters van gekleurd glas-in-lood onder een betonlatei, gescheiden door muurdammen met betondecoraties.
Aan de westzijde van de achtergevel bevindt zich de oudere aangebouwde schuur met muurankers.
InterieurHet pand heeft een aantal fraaie interieuronderdelen. Het gaat onder meer om een vestibule met een bank van blauwe (gewatteerde) geglazuurde tegels (door timmerman Mulder). Boven deze bank is een glas in lood raam aangebracht met de voorstelling van een stralende zon. Dubbele tochtdeuren met deurlichten en roedenverdeling leiden naar een ruime hal met houten bordestrap met buitenleuning van multiplex met handlijst. In de voorkamer bevindt zich een schouw in oker-bruin travertin (het monumentenregister spreekt van marmer) met gegolfd front. De bovenlichten van de voorkamers hebben kleine glas-in-loodramen.
Het bordes van de trap wordt gekenmerkt door in totaal vijf langwerpige glas-in-loodramen. De motieven van deze ramen keren terug in de uitbouw met plat dak aan de rechterzijde van het pand. Aan de achterzijde bevindt zich bij de achterdeur een rondboogvenster met glas-in-lood. Op meerdere plaatsen is sprake van een granito vloer.
De ontwerper van het glas in lood is vooralsnog onbekend.
Het bordes van de trap wordt gekenmerkt door in totaal vijf langwerpige glas-in-loodramen. De motieven van deze ramen keren terug in de uitbouw met plat dak aan de rechterzijde van het pand. Aan de achterzijde bevindt zich bij de achterdeur een rondboogvenster met glas-in-lood. Op meerdere plaatsen is sprake van een granito vloer.
De ontwerper van het glas in lood is vooralsnog onbekend.
Recente ontwikkelingenHet pand verkeert in uitstekende staat en wordt liefdevol onderhouden door de huidige bewoners, die er inmiddels 17 jaar wonen.
Bronnen
Nieuwsblad van het Noorden, 8 december 1919
Norma van der Horst, Pronkjuwelen van baksteen. Amsterdamse School in Groningen (Boekwerk & Partners, 2017).
Anja Reenders en Cees Stolk, Versteende Welvaart. Amsterdamse School op het Groninger Hoogeland (Uitgeverij Noordboek 2008)
Ingezonden door Gert-Jan Lobbes
Professionele of persoonlijke bandDit prachtige pand stond merkwaardig genoeg nog niet op Wendingen. Ik dank de bewoners voor hun zeer vriendelijke ontvangst en de mogelijkheid om foto's te maken van het interieur.
Gerelateerde objecten